Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], En Ik zal ze achterna jagen met het zwaard, met den honger en met de pestilentie; en Ik zal ze [29]overgeven tot een beroering, allen koninkrijken der aarde, tot een vloek, en tot een [30]schrik, en tot een aanfluiting, en tot een smaadheid, onder al de volken, waar Ik ze henengedreven zal hebben; 29. Zie Deut.28:25, en boven hfdst.15 vs.4 enz. 30. Anders: verwoesting, schrikkelijke woestheid.